Vaak hoor je zeggen: ‘Jongeren, ze weten veel meer dan vroeger. En als ze het niet weten hebben ze toegang tot bronnen en vrienden waardoor ze het snel even kunnen opzoeken. Ze zijn veel beter thuis in de moderne tijd dan de ouderen’. Toch verbazen oudere generaties zich over het feit dat jongeren vaak slecht op de hoogte zijn van de meest voor de hand liggende algemeen bekende kennis, alsof ze totaal wereldvreemd zijn.
Hoe kan dat?
De jongeren leven qua kennisbewustzijn in een andere wereld dan de oudere generaties. Zwart/wit geformuleerd: Voor ‘25+’ bestaat het kennisleven uit een min of meer duidelijk omschreven wereldbeeld met een bijbehorende dataset die ieder ‘normaal mens’ behoort te kennen in de vorm van ‘algemene ontwikkeling’. De verschillen tussen individuen bestaan vooral uit meer of minder ontwikkeling door opleiding of sociale achtergrond. Mensen met minder algemene ontwikkeling worden meestal gezien als ‘dommer’. Een vast onderdeel van het wereldbeeld was het bestaan van een tegenpartij: een maatschappelijke groepering van mensen die het wereldbeeld deels ‘foutief’ begrijpt, en verkeerde verwachtingen koestert. En er was altijd wel een kleine minderheid van wereldvreemde mensen die niet aan de standaard voldeden, maar zij waren de uitzondering die de regel bevestigden. Deze situatie is vele generaties lang stabiel geweest. De laatste decennia is deze toestand echter overhoop aan het raken.
Voor de jeugd is een andere kennisperceptie in ontwikkeling.Ze leven qua kennis niet in dezelfde wereld als de oudere generaties. Vier factoren spelen daarbij een grote rol.
Allereerst hun wereldbeeld. De jongelui ontdekken vaak al op basisschoolleeftijd dat het wereldbeeld van hun ouders niet meer helemaal klopt met de werkelijkheid die zich inmiddels ontwikkeld heeft. De opgroeiende jeugd is voor zichzelf aan het ontdekken en vormgeven hoe de wereld dan wel is.
De DELETE functie. De hoeveelheid informatie die op de jongste generaties afkomt is een paar nullen groter dan vroeger voor mogelijk werd gehouden. De jongeren zijn van jongs af aan getraind om alleen die informatie tot zich te nemen die direct bruikbaar is of ‘goed voelt’ en de rest wordt gedelete. Deze delete functie geldt ook voor een deel van de waarheden die voor de oudere generaties een onmisbaar onderdeel zijn van de algemene ontwikkeling, zoals ‘je moet oudere mensen met respect behandelen, omdat ze ouder zijn.’
Tegenpartij. In de jongerencultuur speelt het sleutelwoord RESPECT een grote rol. Iemand die anders is en anders denkt is geen tegenpartij maar juist interessant en respect waard. Het concept ‘tegenpartij’ is voor de jeugd veel minder relevant geworden dan voor oudere generaties. Dit met uitzondering van de ‘loosers’ aan de onderkant van de jongerencultuur die nog steeds op zoek zijn naar iets om tegen te vechten.
Kompas. Oudere generaties laten zich nog altijd sturen op basis van wat ze van het een en ander vinden. Voor de jongeren is dit geen levensdoel meer: de wereld is te ingewikkeld geworden en ze hebben simpelweg geen tijd om overal een mening over te vormen. In plaats daarvan ontwikkelen ze een soort innerlijk kompas waardoor ze monitoren wat van binnen goed voelt en wat niet, en daarop sturen ze hun gedrag. Dat brengt ook met zich mee dat ze wel eens iets missen wat toch belangrijk voor ze is. Daarvoor hebben ze weer de wijsheid en ervaring van ouderen nodig: ‘het leek me niks maar dankzij mijn leraar/buurman/collega weet ik dat het toch belangrijk is’.
Zoals gezegd: ouderen en jongeren leven qua kennisbewustzijn in twee verschillende werelden en kunnen vooral veel van elkaar leren op weg naar de nieuwe gezamenlijke wereld.
Comentarios